Afscheid van een ploeggenoot
maandag, 06 april 2020

“Gerrit, bedankt, Gerrit bedankt, Gerrit bedankt.” Op de afscheidsbijeenkomst voor onze overleden ploeggenoot zet zijn buurvrouw het lied in. We zingen met veertig buurtbewoners mee, in het kleine ‘kakelhok’, de recreatieruimte van de seniorenflat waar hij met zijn vriendin acht jaar lang samenwoonde. Vanwege de schulden die hij had was het niet mogelijk om een begrafenisplechtigheid te regelen. Alleen zijn naaste familie had afscheid kunnen nemen. Dit was het moment voor zijn vrienden, buren en, sinds ongeveer een jaar, zijn ploeggenoten, de leden van onze huisgroep.
Carolien leest voor over ons laatste moment met deze bijzondere broer op 29 februari 2020:
Schoorvoetend komen we je kamer binnen, op de derde verdieping van het Ikazia ziekenhuis. Het is 21:15 uur. We zijn zojuist terug gereden uit Engeland. Op het moment dat we onze voordeur binnen stappen krijgen we een berichtje binnen van onze voorganger. Het gaat niet goed met je.
Hans en ik kijken elkaar aan. Meteen zijn we naar je toegekomen, met Roos en Rhodé. En nu staan we hier, aan je ziekenhuisbed, Hans rechts, ik links en de kinderen aan je voeteneind. We vertellen dat we bij je zijn en je reageert met onverstaanbare klanken. Je ligt daar hulpeloos, afhankelijk van de zuurstof.
“Gerrit, we willen graag je lievelingspsalm voorlezen.” Je beweegt je handen over de lakens naar ons toe. Terwijl Hans Psalm 23 voorleest knijp je stevig in zijn hand, als teken: ik hoor jullie echt. Daarna bid ik voor je om rust en vrede. En dat Jezus bij je zal zijn, waar je ook wakker wordt … hier op aarde of in de hemel, bij God, je Vader.
We voelen en ervaren veel rust, bij jou en bij onszelf. Als we na vijf minuten vertrekken en een allerlaatste keer om het hoekje van je deur kijken, zien we je rustig ademen.
Verslagen en verdrietig verlaten we het ziekenhuis. Maar ook met een zeker en vast vertrouwen dat er één is die over je waakt. Iemand die je opvangt op het moment dat wij je los moeten laten.
Een paar uur later ben je alleen op reis gegaan. Gerrit, je bent niet dood, maar leeft meer dan ooit tevoren. Stil, dankbaar en verdrietig blijf je in onze gedachten aanwezig. Tot ziens lieve Gerrit.
We luisteren naar ‘Het dorp’ van Wim Sonneveld. En ‘Mag ik dan bij jou?’ van Claudia de Breij. Er zijn nog wat bijdragen van buurtbewoners. De mogelijkheid om iets op te schrijven in Gerrits eigen kladblok. En in de hoek de kaars en dat bordje “Ik ben even weg”. Zo is het. Onze oude broer is even weg. We zien ernaar uit om hem weer te ontmoeten. Je hebt ons in de afgelopen maanden veel gegeven. Gerrit bedankt, Gerrit bedankt, Gerrit bedankt!